- December 1st, 2018
- Category: Maurice
Patiënt van de maand: Maurice
Maurice is een prachtige lieve Perzische kitten. Sinds het moment dat hij bij zijn baasje was toegekomen had hij altijd al een beetje geniesd maar de laatste tijd was dat sterk toegenomen en had hij ook last van een snotneus.
Patiënt van de maand
Maurice
Maurice is een prachtige lieve Perzische kitten.
Sinds het moment dat hij bij zijn baasje was toegekomen had hij altijd al een beetje geniesd maar de laatste tijd was dat sterk toegenomen en had hij ook last van een snotneus.
Hij werd op de praktijk aangeboden voor een eerste consultatie toen hij 4 maanden oud was. Bij nazicht bleek hij sterk vernauwde neusgaten te hebben, waardoor hij moeite had met ademen en zelfs met zijn mondje open zat te ademen om voldoende zuurstof binnen te krijgen.
Maurice had dus last van het BOS-syndroom waardoor hij extra gevoelig is voor infecties van de bovenste luchtwegen die het probleem op hun beurt nog verergeren.
Wat is het BOS-syndroom?
Het Brachycephalic Obstructive Syndrome, of kortweg BOS-syndroom, is een aandoening die we zien bij kortsnuitige (of brachycephale) rassen. Zowel honden (Engelse Bulldog, Franse Bulldog, Mopshond,…) als katten (Pers, Britse Korthaar,….) kunnen aangetast zijn.
Het BOS-syndroom is een erfelijk probleem en het gevolg van een doorgedreven fokken naar een steeds kortere en platter snuit. De neus wordt als het ware ingedrukt, maar alle anatomische structuren zoals tong, gehemelte, tanden enz…moeten wel nog steeds hun plaats vinden binnenin deze snoet. Alles wordt dus op mekaar gepropt in een veel te kleine ruimte.
Het BOS-syndroom bestaat uit verschillende aandoeningen:
- te nauwe neusgaten
- te lang zacht gehemelte
- te nauwe luchtpijp
Wanneer de neusgaten van de hond of kat te nauw zijn, is het als het ware alsof het dier door een rietje moet ademen. Dit verklaart tevens het snurkend of knorrend geluid dat zo typisch is vooral voor de Mopshondjes of Bulldoggen. Bij een normale luchtpassage zou je geen geluid te mogen horen.
Bij een te lang zacht gehemelte wordt dit bij de ademhaling in de keel aangezogen en blokkeert dit de luchtpassage.
Door het geforceerde inademen en de ontstane onderdruk in de borstholte, komen er op termijn nog problemen bij. De luchtwegen kunnen ontsteken en zwellen met toename van de symptomen. Uitstulping van de laryngeale zakjes (2 zakjes thv de stembanden) door de ondruk bemoeilijkt verder de luchtpassage. Op termijn kan er zelfs een verweking van de kraakbeenderige structuren van de larynx optreden met collaps (het samenklappen van de larynx) met verstikkingsverschijnselen en een levensbedreigende situatie tot gevolg.
Uiteraard vertoont niet ieder dier al deze aandoeningen of symptomen in dezelfde mate. Milde gevallen hebben voornamelijk last van een snurkende ademhaling, wat als bijna ‘typisch’ voor deze rassen wordt aanzien. Helaas is dit helemaal niet grappig of leuk voor het dier zelf en hebben zelfs deze milde gevallen een verhoogd risico op problemen bij hitte, stress of anaesthesie.
Ernstigere gevallen zullen een sterk bemoeilijkte ademhaling hebben met hoesten, kokhalzen, inspanningsintolerantie, flauwvallen en vaak zelfs ernstige levensbedreigende zuurstofnood tot gevolg.
Mits enkele ingrepen kunnen we de zuurstoftoevoer en –passage voor het dier drastisch verbeteren. Neusgaten kunnen vergroot worden, een te lang zacht gehemelte kan ingekort worden en uitgestulpte laryngeale zakjes gecorrigeerd. Een te nauwe luchtpijp kan helaas niet behandeld worden. Aangeraden wordt deze ingrepen op jonge leeftijd te laten uitvoeren om zo de negatieve gevolgen die ontstaan door jarenlange geforceerde ademhaling en onderdruk te vermijden. In het geval van larynxcollaps is chirurgische correctie helaas niet meer zinvol.
In het geval van Maurice beperkte het probleem zich hoofdzakelijk tot de nauwe (bijna afwezige) neusopeningen, waardoor hij een snurkende bemoeilijkte ademhaling had en extra gevoelig was voor infecties. Eens de infectie van de bovenste luchtwegen met de nodige medicatie onder controle was gebracht, werd er dan ook beslist om zijn neusopeningen chirurgisch te corrigeren.
Neusgaten van Maurice voor (bovenste foto) en na (onderste foto) chirugische correctie.
Twee weken na zijn operatie kwam Maurice op controle. De wondjes waren mooi genezen en het snurken was volledig verdwenen. Maurice was weer een gelukkig katje met een normale rustige ademhaling dat klaar is om met volle (adem)teugen van zijn leven te genieten.